Materie
Gezond Bouwen

Interview met WOONPioniers
Excursie kantoor Deltawind en vogelobservatorium TIJ op 16 mei 2025
Interview met Annemieke Vermeulen
Interview met Pieter Hennipman
Interview met Crisow von Schulz
VIBA Praktijkcafé op 21 mei 2025
VIBA Praktijkcafé op 19 maart 2025
VIBA Praktijkcafé op 19 februari 2025
Interview met Ingrid Hendrickx
VIBA Praktijkcafé op 20 november 2024
VIBA Praktijkcafé op 16 oktober 2024
VIBA Praktijkcafé op 21 mei 2024
VIBA Praktijkcafé op 14 mei 2024
VIBA Praktijkcafé op 19 maart 2024
VIBA Praktijkcafé op 20 februari 2024
Talkshow VIBA Café, Gezond en Biobased Bouwen
Klimapedia.nl : Kenniswebsite Bouwfysica
20 mei 2022: Excursie naar het Zorgcentrum De Pelgromhof te Zevenaar
VIBA Café 7 april 2022, nieuwe bestuursleden Sandra en Werner
verslag VIBA digitaal Nieuwjaars-Café 13 januari 2021; Leden aan het woord
Verslag VIBA Café 2 december 2021 door Atze Boerstra over natuurlijk ventileren vs gecontroleerd ventileren
Elektrostress verdient aandacht en onderzoek
Ventilatie voor dummies door ir Kees van der Linden
Verslag VIBA Café op 3 juni door Ernst de Nobel over Schilders van Nu
Gezond bouwen
gezond bouwen
Gezond bouwen betreft een breed scala aan onderwerpen die allemaal tot doel hebben om te zorgen dat we een gezond leefklimaat in de gebouwde omgeving. Het gaat daarbij om gezonde binnenlucht, voldoende daglicht, akoestiek, ontbreken van uitdamping vluchtige stoffen, voorkomen van nadelig elektromagnetische straling en zo mogelijk andere straling.
geschiedenis
Langetijd hebben mensen geleefd in vochtige, niet geïsoleerde, slecht verwarmde huizen zonder riolering en stromend water. Van het begin van de vorige eeuw is daar veel verandering in gekomen. Allereerst kregen huizen een rioolaansluiting en stromend water. In de twintiger jaren , zo’n honderd jaar geleden, werden huizen met spouwmuren gebouwd, waardoor huizen geen last meer hadden van vochtdoorslag van buiten. Huizen werden grotendeels verwarmd met kolenkachels, waarbij veel roet en fijnstof vrij kwam en dat vooral in stedelijke gebieden een ongezonde situatie veroorzaakte. Na de ontdekking van aardgas zijn in de zestiger jaren in de meeste huizen de kolenkachels vervangen door een centrale verwarming met op gasgestookte CV ketels. Door het aanbrengen van een centrale verwarming konden nu alle ruimten in het huis verwarmd worden.
ventilatie
Door de oliecrisis in de jaren zeventig kwam het besef dat we zuiniger moesten omgaan met energie. Naast het aanbrengen van een beetje isolatie gingen mensen massaal op “kieren jacht”. In de tochtige huizen werden de kieren zo goed mogelijk dicht gezet. Ook nieuwbouw huizen werden zo gebouwd dat ze zo min mogelijk kieren hadden. Omdat daarmee de van oorsprong natuurlijke ventilatie in huis strek afnam, werd het verplicht om in ieder nieuwbouw huis een mechanische ventilatie te installeren. Bij zo’n installatie wordt centraal lucht afgezogen en komt er via ventilatieroosters frisse lucht in de woning. Om het energieverlies nog verder terug te dringen zijn er inmiddels ventilatiesystemen op de markt waarbij de warmte door middel van een warmtewisselaar uit de afgezogen ventilatielucht wordt teruggewonnen en daarmee de verse ventilatielucht van buiten wordt voorverwarmd. Een ventilatie systemen met warmte terugwinning (WTW) wordt ook wel een balansventilatie genoemd. Deze systemen hebben echter onderhoud nodig, waarbij ventilatiekanalen en luchtfilter regelmatig gereinigd moeten worden. Helaas gebeurt dat niet altijd waardoor er opnieuw een ongezonde binnenlucht ontstaat. Daarnaast zijn er veel huizen en gebouwen waar nog steeds niet voldoende geventileerd wordt. Dat komt voor bij kantoren, maar ook opvallen veel bij scholen.
normen voor goede ventilatie
De kwaliteit van de binnenlucht wordt voor een belangrijk deel bepaald door het CO2 gehalte in de lucht. Het gehalte CO2 wordt uit gedrukt in ppm (parts per million). Eén ppm staat voor 0,0001 procent CO2 in de lucht. Het CO2 gehalte kan gemeten worden met een CO2 meter. Daarbij kunnen de volgende hoeveelheden aangehouden worden:
380 ppm is het CO2 gehalte in de buitenlucht
650 ppm is de gemiddelde waarde voor een goed geventileerde ruimte
950 ppm is de grenswaarde die geld voor “frisse scholen”
1200 ppm is de officiële grenswaarde voor binnenruimten
vochtregulatie
Bij de bouw wordt er vaak bezuinigd op goede installaties en voorzieningen om een gezond binnenklimaat te garanderen. Ondanks alle verbeteringen die in een eeuw tijd hebben plaatsgevonden, is kunnen we in veel gevallen nog steeds niet spreken over een “gezonde situatie”.
In onze binnenruimten wordt veel vocht geproduceerd door uitademing, transpireren, koken en het drogen van kleding. In de warmere delen van het jaar staan er vaak ramen open en is dat geen probleem. In de koudere delen van het jaar moet het teveel aan vocht worden afgevoerd om te voorkomen dat het te vochtig wordt. Door verwarming kan het echter ook gebeuren dat het te droog wordt in de binnenruimten. Bij te veel vocht kunnen schimmels ontstaan die slecht zijn voor onze gezondheid. Bij een te droge lucht krijgen we o.a. huidklachten en ook dat is niet goed voor onze gezondheid. De optimale luchtvochtigheid ligt tussen de 40 en 70%. Luchtvochtigheid kan gemeten worden door een hygrometer. Voor het krijgen van de juiste luchtvochtigheid is een goede vochtbalans in onze binnenruimten noodzakelijk.
Door het aanbrengen van dampremmende of dampdichte folies en het toepassen van slecht vocht regulerende materialen als beton en het modern stucwerk moet er extra geventileerd worden om het geproduceerde vocht af te voeren en daarmee problemen als schimmel te voorkomen. Een slechte ventilatie kan dan tot gezondheidsklachten zoals astma leiden. Door toepassing van wandafwerkingen als leem en hout verbetert de vochtbalans in de woningen en gebouwen aanzienlijk en kunnen gezondheidsklachten voorkomen worden. Uit onderzoek blijkt vocht wordt opgenomen in de eerste anderhalve centimeter van de wandafwerking. Dit vocht dampt vervolgens op een later tijdstip weer uit.
vluchtige stoffen
In het interieur van woningen, kantoren en scholen worden soms synthetische materialen gebruikt. Sommige van deze synthetische materialen bevatten vluchtige stoffen die schadelijke kunnen zijn voor onze gezondheid. De chemicus Paracelsus (1493-1541) zei: “niets is gif en alles is gif, alleen de dosis bepaald het gif”. Je kan door een korte hoge doses belast worden, maar ook ziek worden van een lange lage dosering. Er zijn 128 miljoen bekende chemische verbindingen, waarvan er 50 miljoen zijn geregistreerd. Er komen per dag 15.000 nieuwe stoffen bij. Slechts van enkele stoffen is de werking onderzocht op de invloed op mensen, waarbij er niet gekeken is naar de onderlinge versterking. Voor het binnenmilieu is er geen standaard. Stoffen worden ingedeeld naar punten van verdamping: VVOC zijn zeer vluchtige stoffen zoals formaldehyde, VOC zijn iets minder vluchtig en SVOC zijn zwaar vluchtige stoffen zoals weekmakers en vlamvertragers. Deze laatste categorie wordt vaak vergeten. Deze chemische verbindingen zitten vaak in huisstof en hebben impact op mensen. PVC vloerbedekking bijvoorbeeld staat stijf van weekmakers en vlamvertragers. Naast de vluchtige stoffen zijn er ook nog fijnstoffen ofwel POM’s. Omdat er geen richtlijnen zijn van overheidswegen houden bouwbiologen daarom meestal de Duitse richtlijnen op dit gebied aan. Daarbij wordt ook de Standaard voor Bouwbiologische Meettechniek aangehouden.
Daglicht
Hoewel er voor alle gebouwtypen normen zijn voor de minimale hoeveelheid daglicht die nodig is voor verblijfsruimten blijkt in veel gevallen dat de hoeveelheid daglicht niet optimaal is. Het is aangetoond dat mensen voldoende daglicht nodig hebben om goed te functioneren. Kunstlicht kan dit niet vervangen.
Akoestiek
Voor de akoestiek in binnenruimten is over het algemeen weinig aandacht. In veel openbare gebouwen is een te grote nagalmtijd waardoor het geluidsniveau vaak hoog is. Deze hoge nagalmtijd wordt veroorzaakt door het toepassen van harde materialen. Ook hier geld dat natuurlijke materialen als leem en hout een positieve invloed hebben op de nagalmtijd en daarmee op het geluidsniveau.
Elektro-machnetische Straling
Het natuurlijk elektromagnetisch spectrum loopt van 0 t/m 10ZHz. Het grootste deel daarvan wordt nu bezet voor niet natuurlijk straling wat veroorzaakt wordt door diverse technieken, zoals het lichtnet, wifi, zendmasten etc. Deze vormen van straling nemen allemaal toe terwijl de mens niet is mee geëvolueerd. Binnen de bouwbiologie wordt een onderscheid gemaakt tussen de volgende vormen van straling:
Elektrische wisselvelden veroorzaakt door o.a. het lichtnet;
Magnetische wisselvelden veroorzaakt door hoogspanningsleidingen;
Hoogfrequent velden van o.a. radar, wifi, zendmasten;
Elektrische gelijkvelden ofwel elektrostatische velden veroorzaakt door oplading door kunststoffen;
Magnetische gelijkvelden die ontstaan bij gelijkspanning van bijvoorbeeld trams en treinen maar ook bij zonnepanelen;
Kunstlicht waarbij problemen kunnen ontstaan door de vaak slechte kwaliteit.
Er zijn veel studies die de invloed van elektromagnetische velden op de mens aantonen en er zijn veel praktijkvoorbeelden waarbij elektromagnetische straling gezondheidsklachten veroorzaakt. Veel straling veroorzaakt voornamelijk stress en vermoeidheid. Vaak zijn deze problemen op te lossen en kan apparatuur dat dit veroorzaakt vervangen worden. Algemeen kan je stellen dat het altijd goed is om zoveel mogelijk stralingsinvloeden te voorkomen ook al is het moeilijk om straling in onze huidige wereld helemaal te voorkomen.
VIBA en Gezond bouwen
Vanaf het allereerste begin heeft de VIBA zich bezig gehouden met “gezond bouwen en wonen”. Jaren lang is er ook een tijdschrift uitgegeven met deze titel, waar de VIBA een belangrijke bijdrage aan leverde. In Duitsland bestaat al lange tijd het Institut für Baubiologie und Nachhaltigkeit ( Instituut voor bouwbiologie en duurzaamheid). Het vakgebied bouwbiologie houdt zich met name bezig met gezondheid in de bouw. In Duitsland zijn daar opleidingen voor en is het ook een bekender beroep dan in Nederland. Ook in Nederland zijn er diverse bouwbiologen werkzaam. Een aantal daavan zijn lid van de VIBA.
