Onderwerp : Contractvorming aannemers bij ecologische projecten
Samenvatting naar aanleiding van de bijeenkomst over contractvorming
in de bouw.
Geschiedenis:
In de 70er jaren van de vorige eeuw was het gebruikelijk dat aannemers een zgn. voorbesteding hielden. Daarbij maakten zij hun inschrijfprijzen
aan elkaar bekend en bepaalden zij, op basis van de ingediende
begroting, aan wie het werk gegund zou worden. Ook werd een
rekenvergoeding (opgeld) vast gesteld. Met deze informatie gingen zij
dan naar de aanbesteding met de architect en/of de opdrachtgever. Hier
werden de enveloppes met begrotingen geopend en werd doorgaans het
werk aan de laagste aanbieder gegund.
Aanvankelijk was dit een illegale praktijk. Maar deze werd in de jaren
tachtig gelegaliseerd door de aannemersbond(en).
Genoemd worden enkele manieren om deze praktijken te omzeilen:
– Aanbesteden met niet bij een aannemersbond aangesloten
aannemers, zgn. “wilde” aannemers.
– Bij de uitgenodigde aannemers van te voren melden dat er bijv. 5
bedrijven waren uitgenodigd terwijl in werkelijkheid dat er maar 4
waren.
Huidige aanbestedingspraktijk:
Groot verschil tussen overheidsopdrachten en opdrachten voor
particuliere bouw.
Bij overheidsopdrachten zijn openbare aanbestedingen verplicht:
Vanaf 140.000,= Euro is het verplicht om een zgn. Europese
aanbesteding te houden. Voor info zie TENDERNED.
Dan zijn er nog aanbestedingen voor tussen de 40.000,= en 70.000,=
Euro en onder de 40.000,= Euro.
Genoemd worden aanbestedingen volgens:
– Het gelijkheidsbeginsel. Toekennen van gelijke rechten en gelijke
behandeling in gelijke gevallen.
– Het transparantie beginsel. Openheid in acht nemen bij en over de
procedure en het motiveren van de selectie- en
gunningsbeslissingen.
Soorten contracten:
– Op basis van brede uitnodiging,
– Op basis van voorselectie,
– Op basis van proefcalculatie.
Dit kan o.m. leiden tot de vorming van een bouwteam overeenkomst
waarin alle partijen worden vertegenwoordigd.
Belangrijk is dat je je goed informeert over mogelijkheden van
samenwerking en dat je uitzoekt welke partijen het meest geschikt zijn
voor de uitvoering van je project.
Zoek goed uit, al dan niet met behulp van bouwadviseurs, wat en hoe je
wilt bouwen met zo min mogelijk open einden. Onduidelijkheden kunnen
leiden tot hogere prijzen.
In het algemeen: probeer transparant te zijn, in goed overleg met de
betrokken partijen.
Ook kan de opdrachtgever als ontwikkelaar risico nemen.
Aan de orde komen nog de volgende punten;
Het verschil tussen particuliere bouw en projectmatige bouw. Bij dit
laatste kan ook een bouwregisseur worden ingeschakeld.
Solvabiliteit: eigen vermogen van een (bouw)bedrijf. Belangrijk om te
weten. Om eventuele calamiteiten te voorkomen. Rekenen op ca. 25-
30% van het vermogen.
Verzekeringen.
– C.A.R. Constructie Allrisk niet alleen af te sluiten door de
bouwer, maar ook door de opdrachtgever. Vooral ook als er sprake
is van zelfbouw!
– BouwGarant, of andere garantieverzekering tegen financiële
risico’s tijdens uitvoering en afbouw (verplicht bij veel hypotheek
verstrekkers.)
– Afbouw garantie middels bankgarantie en passend termijnschema.
Bestek.
– Omschrijven dat in geval van discussie altijd de duurste oplossing
van toepassing is.
– Opnemen dat de betalingen van de termijnen minimaal 5% achter
lopen bij de stand van de werkzaamheden.
Prijsstijging.
– De laatste 1- 2 jaar meer dan 20%. Verwachting is dat die stijging
in de toekomst weer naar beneden gaan. (Inmiddels heeft de
Oekraine-oorlog alles op losse schroeven gezet.)
– Kringloop materialen zijn in principe niet goedkoper. De branche
moet in het algemeen nog beter worden georganiseerd.
Tot zover, Frans Den Houter